|
Kasteel Bouvigne vanuit het
zuidwesten. |
Kasteel Bouvigne is een omgracht edelmanshuis. Het staat in Ginneken (Noord-Brabant).
Wanneer en door wie dit kasteel is gesticht, is een
mysterie.
In 1310 wordt een leenman van de heer van Breda
genoemd die Gilis van der Boverien heette, en van wie de
familienaam 'van der Boverien' een oude vorm zou kunnen zijn van
de huidige naam van het kasteel, maar dit is niet zeker.
De geschiedenis van het kasteel begint pas een beetje duidelijk te worden vanaf het einde van de 15de eeuw: in die tijd was het domein waar het kasteel staat in handen van de ridders van Brecht (mogelijke afstammelingen van de hertogen van Brabant).
Mogelijk begon Jacob van Brecht rond 1494 met de bouw van het huidige kasteel. Kasteel Bouvigne was toen een stenen huis zonder toren, omgeven door een gracht. Later werd ergens tussen 1554 en 1610 de toren toegevoegd, maar deze was toen nog slechts één verdieping hoog.
De poortgebouwen. |
Philips Willem overleed al in 1618, waarna het kasteel op Prins Maurits vererfde. Maar deze had geen belangstelling voor het kasteel.
In 1623 kreeg ene Michiel van den Eynde, schout van Ginneken, toestemming om zich op het kasteel te vestigen. Maar slechts twee jaar later -middenin de tachtigjarige oorlog- werd de nabije stad Breda belegerd door de Spanjaarden... deze gebruikten het kasteel om er hun pestlijders te verplegen en zij gebruikten ook de kasteel-tuinen om er brood voor hun troepen te bakken.
Na het vertrek van de Spanjaarden was het kasteel
onbruikbaar: het dak was beschadigd en in het kasteel stonk het
enorm! Maar het kasteel werd opgeknapt.
Vervolgens werd het
tot het begin van de 18de eeuw bewoond door verschillende
rentmeesters die het voor de prinsen van Oranje beheerden.
Daarna werd het kasteel rond het midden van de 18de eeuw
voornamelijk bewoond door officieren.
Hoewel het kasteel steeds bewoond was geweest, was het toch in verval geraakt. Kennelijk zo erg dat er in 1773 zelfs aan gedacht werd om het maar af te breken. Maar gelukkig kwam daar zeer veel verzet tegen, zodat besloten werd het kasteel toch te herstellen.
Vanaf 1775 werd het kasteel bewoond door ene Jan Daniël Engel, een voormalige koffieplanter uit West-Indië. In 1798 verkocht hij het kasteel weer aan een andere voormalige koffieplanter: ene George Adriaan Willem Ruysch. Deze gaf het kasteel -dat toen nog "Boeverijen" heette- de verfranste naam "Bouvigne".
Al in 1807 werd het kasteel alweer verkocht: deze keer
aan ene Johan Alexander Wolff, een officier, kapitein van de
land-militie.
Nog geen tien jaar later verkocht hij het
kasteel weer aan een weduwe, Elisabeth Geertruida Paardekooper,
die het in 1833 weer verkocht aan een officier... maar omdat
deze een jaar later alweer overleden was, kocht Elisabeth het
kasteel terug... ...en zo veranderde het kasteel nog vele malen
van eigenaar...
Uiteindelijk werd het kasteel in 1972 verkocht aan het Waterschap West-Brabant, waarna Bouvigne tussen 1975 en 1977 werd gerestaureerd.
Het kasteel is niet te bezichtigen, maar de tuinen zijn op werkdagen overdag te bezoeken.
Kasteel Bouvigne Bouvignelaan 5 Ginneken
|
Tekst: Mathieu Fannee
Geraadpleegde literatuur:
Becx, E. et al (1999). Kastelengids van Noord-Brabant, Stichting Matrijs, Utrecht, p.67-70;
Oirschot, A. van (1981). Middeleeuwse Kastelen van Noord-Brabant, hun bewoners en hun bewogen geschiedenis, Elmar, Rijswijk, p.235-242;
http://www.kasteleninnederland.nl/kasteel826.php;
http://www.brabantsedelta.nl/info_educatie/kasteel_bouvigne/historie;
Illustraties:
(foto's van het kasteel)
Mathieu Fannee;